Het delen van iemands persoonlijke informatie online kan leiden tot gevangenisstraf.
De wetgeving zegt dat doxing op een bedreigende en intimiderende manier moet worden gedaan als een misdrijf dient te worden beschouwd
De wetgeving stelt dat er sprake is van een misdrijf als iemand een drager gebruikt om informatie, waaronder de persoonlijke gegevens van een of meer personen, beschikbaar te stellen, te publiceren of anderszins te verspreiden, en zich op een manier gedraagt die redelijke personen in alle omstandigheden als bedreigend of intimiderend jegens die personen zouden beschouwen.
Een persoon die de wet overtreedt, kan tot twee jaar gevangenisstraf krijgen voor het delict.
Maar er is nog een andere juridische mogelijkheid om een kwaadwillende te vervolgen als je persoonlijke informatie online wordt geplaatst.
Een wettelijke onrechtmatige daad voor ernstige inbreuk, om mensen van wie de integriteit is geschonden, toe te staan civiele stappen te ondernemen tegen de persoon die volgens hen hun integriteit heeft geschonden.
Aan welke vereisten moet worden voldaan voordat een beroep op onrechtmatige daad mogelijk is?
Art. 6:162 lid 1 > men is verplicht tot het betalen van s.v. indien er schade is ten gevolge van een
onrechtmatige gedraging van een persoon
-Een onrechtmatige gedraging (uitgewerkt lid 2);
-Die kan worden toegerekend (lid 3);
-Er is schade (6:95, 6:96 en 6:98) -> leerdoel 2;
-Er is een causaal verband tussen de gedraging en de schade (c.s.q.n. & 6:98);
-Er is een relatief verband/doel tussen de geschonden norm en het geschonden belang
(relativiteitsbeginsel 6:163).
De grondslag van de schadevergoedingsverplichting van 6:162 is de toerekenbare onrechtmatige
gedraging van een persoon.
Wanneer is sprake van ‘onrechtmatig’ gedrag? -> 6:162 lid 2
-Inbreuk op een recht van iemand anders.
-Een doen of nalaten in strijd met een wettelijke
-Een doen of nalaten in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt?
•Deze laatste is met opzet zo ruim geformuleerd, waardoor de rechter in vrijwel alle gevallen waarin iemand naar algemeen gedeeld in zich onbehoorlijk jegens een ander heeft gehandeld, die persoon tot schadevergoeding veroordelen.
Rechtvaardigingsgronden
Laatste zin 6:162 lid 2. Door een rechtvaardigingsgrond verliest een onrechtmatige gedraging zijn onrechtmatige karakter.
-Overmacht (als noodtoestand)
-Noodweer
-Uitvoering van een wettelijk voorschrift
-Bevoegd gegeven ambtelijk bevel
Een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht art. 6:162 lid 2
– In beginsel is ieder handelen, doen of nalaten, die in strijd is met een wettelijke plicht, onrechtmatig.
– Het kan daarbij gaan om verdragen of wetten in formele zin en wetten in materiële zin.
– Sterkere positie bij schending wettelijke norm die de gelaedeerde beschermt -> als gedaagde aannemelijk kan maken dat er sprake was van een rechtvaardigingsgrond of indien duidelijk wordt dat de norm niet beoogde om het geschonden belang van de gelaedeerde te beschermen (6:163), dan zal hij daarin slagen
– Er hoeft niet worden vastgesteld of de dader bedacht was of behoorde te zijn op de belangen van de benadeelde die de geschonden norm beoogt te beschermen, zoals wel hoort bij ongeschreven zorgvuldigheidsnormen. Wel of niet bedacht, hij is aansprakelijk